Vandaag zijn wij
naar Catherina Daemen Huize gaan kijken, met name de
leunwoningen. Tja…daar we staan dan, niet weten welke kant we naar toe moesten
gaan, toen een heer uit een gebouw uitkwam die we de zorgunit dachten
te zijn. Voordat ik iets kon zeggen, hoor ik: “Meneer, mogen we u wat vragen?”
Dat was Alex, beleefd vroeg hij die meneer het een en ander over het gebouw.
Even was het weer de Alex met wie ik voor jaren geleden getrouwd was, vriendelijk,
beleefd en vooral spontaan en charimatisch. Hij vroeg honderd en een dingen
over het voor en nadeel van een leunwoning, met name meer over het voordeel.
Dhr. Toussaint, zoals hij zich voorstelde vertelde dat hij voor ruim 2 jaar
geleden zijn vrouw had verloren door de ziekte van Parkinson op 68 jarige
leeftijd.
En voordat ik iets
kon zeggen zei Alex, wijzend naar me, mijn vrouw heeft het ook en daarom zijn
wij nu aan het orienteren voor een leunwoning…enz….enz…enz…Ik wis niet wat ik
hoorde. Alex is dus wel degelijk van bewust dat ik Mr P. bij me had. Maar Alex
ten voeten uit, begon hij over zijn ziekte en dat hij het leven (mij) soms niet
begrijpt.
Hr. Toussaint
vertelde over de ziekte van zijn vrouw, de symptomen die hij als haar partner
toen niet had begrepen had, dat het Mr.P. was die de controle over zijn vrouw had.
Hr. Toussaint:” Ik dacht dat het haar lelijke kant is die daar met mij leefde.
Dat is nou de andere kant van mijn vrouw, en weet u, het was heel goed dat de
partners van dergelijke patiënten ook een begeleiding krijgen hoe zij met de
patient moeten omgaan als het zover is. Zij was op een gegeven moment totaal
veranderd, de lelijke karakter kwam naar boven en toen ging dat heel erg vlug neerwaarts en zij hulpbehoevend werd. Zij had niet de tremmo die bekend is bij die patiënten,
maar het was meer geestelijk die de zware klap kreeg. Ik ben hart patient en
heb net een hartoperatie achter de rug. En toch hoopte ik dat ik niet eerder
dood zou gaan, maar zij. Want zonder mij zou zij het niet redden. Ik had haar
thuis in deze woning samen met de zorg van huize C. D. verzorgd, en dat was niet
makkelijk, zeg ik u. Ik had haar graag bij me gehad, maar het een verlichting
voor haar en voor mij toen het einde kwam. Maar kom, zullen we bij een kop koffie bij mij thuis verder praten? Het is raar, normaal nodig ik geen vreemden zomaar uit.”
Wat klinkt dat
bekend in mijn oren….en wat ben ik bang voor wat er met mij later zal gaan, Alex mij verzorgen? Ik zie het niet zitten. Hij kan nog niet eens voor zichzelf zorgen, O God...laat ik daar niet aan denken.................
--Hoelang na de
diagnose is zij duidelijk zichtbaar achteruit gegaan? Vroeg ik----hoe oud was
zij toen de diagnose vastgesteld werd?—ik liet niet merken dat ik bang was, nu
ik weet wat er mij te wachten staat, ik moet voorzorg nemen...
Over het koffie
drinken is Alex weer terug naar af, bedankte beleefd met de woorden dat we
eigenlijk nog verder naar Huize C.D willen gaan, maar ik bleef staan en
stelde hem nogmaals de vraag van daarboven….ik moet weten hoelang ik nog heb!
---och, zo na een
jaar of 8 zie je duidelijk dat ze anders is en 2 jaar daarna was ze gestorven…..ik
loop wel met u mee--- we praten verder over koetjes en kalfjes. En uiteindelijk
kwam het uit dat Hr. Toussaint een oude Spar klant was van Marebos die mijn
collega Mvr. Sormani vaak aan de lijn had voor zijn dagelijkse broodbestelling
voor de winkel…..KIJK EENS AAN….denk ik, dit kan je toch geen toeval noemen? Is
dit geen teken van KARMA----JOSH---IT MENT TO BE… you name it!!!
Wat ik met Mr.P.
betreft-----de beslissing is al genomen, dat weten alleen Mr. P en ik...
vervolgt....WHO'S THE BOSS???